Online en hybride leren neemt al jaren toe, en heeft door de COVID epidemie een enorme vlucht genomen. Massaal transporteerden we zaken 1-op-1 online, zonder daarbij het design te transformeren. De vraag is wat dit betekent voor de impact? Concrete data hierover waren (nog) niet beschikbaar. De vraag naar wat de investering in het leren oplevert wordt wel steeds vaker gesteld. Vanuit het gezamenlijk verlangen om de kwaliteit van Lerend Nederland verder te verhogen, besloten Klaas Toes (CEO ROI Institute Europe) en Brenda Slagter (Onderwijskundige en associate bij Gooiconsult) de factoren die van invloed zijn op het rendement van virtueel en hybride leerprogramma’s  te onderzoeken, want “het kan toch niet zo zijn, dat we allerlei leeractiviteiten designen, offline trainingen ‘gewoon maar’ omzetten naar online zonder dat we weten wat we doen?”  

Het onderzoek start met het definiëren van verschillende begrippen, rondom offline, online en hybride leren. Het is belangrijk helderheid te scheppen over de definities, zodat we weten waar we het nu precies over hebben, wat het verschil is tussen de verschillende leervormen en het verband. Om het rendement te berekenen, nemen we het V-model van Jack J. Phillips en Patti P. Phillips als  uitgangspunt. Door dit model te gebruiken, wordt de relatie gelegd tussen het geleerde en de daadwerkelijke businessresultaten. Vervolgens geeft de waardeketen van de ROI methodiek, voor elk niveau de te meten variabelen en daarbij behorende concrete indicatoren weer. Op deze wijze is daadwerkelijk de return on investment (ROI) van leerprogramma’s te berekenen.

Is virtueel leren “here to stay”?

Uit cijfers van het NIDAP onderzoek (2020) blijkt, dat bijna driekwart van de organisaties meer gebruik maakt van virtuele leermiddelen, en dat er meer binnen organisatie wordt geleerd. Als we vanuit het organisatie perspectief kijken naar wat virtueel leren oplevert, zien we dat het voor organisaties belangrijk is dat er geen tijd en geld op gaat aan reizen en training op een externe locatie. Dit draagt ook bij aan de duurzaamheidsgedachte (het verkleinen van ‘de voetafdruk’ van organisaties). Bij e-learning vallen ook de kosten voor trainers weg en kunnen meer deelnemers  in minder tijd worden opgeleid (terwijl ze de flexibiliteit krijgen om in hun eigen tempo te leren). Deelnemers hebben gemakkelijker toegang tot leren en kunnen sneller weer schakelen naar werk (omdat ze toch op een en dezelfde plek blijven). De financiële voordelen voor organisaties lijkt dus evidend. Ondanks de voordelen van virtueel leren, zal er ook behoefte blijven aan offline leren. Trainingsinstituten zien dat de behoefte aan een fysieke ontmoeting blijft. Juist het ontmoeten van professionals van andere organisaties is een reden om buiten de deur een opleiding of cursus te volgen. Daarnaast voelen mensen zich door de pandemie geisoleerd en groeit de behoefte aan fysiek contact, structuur en duidelijkheid.

Wat betekent dit nu voor de keuze en inrichting van leeractiviteiten op lange termijn? 

Uit de onderzoeken van ROI Institute Europe blijkt dat de waardering voor online workshops hoog zijn. Deze eerste inzichten leren ons dat er geen sprake is van wel of niet online leren, maar dat nog steeds het ontwerp leidend is voor succes. Het goede nieuws is dat de tool box van de ontwerpers veel beter gevuld is en dat we een grotere variëteit aan mogelijkheden hebben. Daarnaast bleek uit verschillende kwalitatieve onderzoeken dat het rendement laag is als zaken te snel online worden gezet. Dit brengt ons tot het inzicht, dat net als bij offline leerprogramma’s, ook een virtueel leeroplossing aan een aantal randvoorwaarden moet voldoen, om echt effectief te zijn.

Advies

In de uitgebreide whitepaper “het rendement van virtueel en hybride leren”, nemen Klaas Toes en Brenda Slagter je mee in het  onderzoek en delen zij uitgebreid de randvoorwaarden voor een effectieve inrichting van een leerinterventie. De voorwaarden omvatten praktische tips en acties, die je voorafgaand, tijdens en na het programma kunt nemen, om de tevredenheid onder de deelnemers te verhogen. Uit onderzoek blijkt dat het effectief inzetten van technologie bijdraagt aan een positief rendement. Ook daarvoor hebben we 10 interessante tips. En last but not least..  de belangrijke rol van de leidinggevende als beïnvloeder in de transfer van het geleerde naar de praktijk.

Als HR professional kun je alle informatie in de whitepaper  stap voor stap doorlopen om te toetsen in hoeverre het design van een virtuele leerinterventie hieraan voldoet. Of je gebruikt het als leidraad bij het ontwikkelen van een nieuw virtueel leerprogramma.

Wil je alles weten over het onderzoek van Klaas en Brenda en hun inzichten? Vraag dan nu de whitepaper aan.

Schrijf je nu hier in voor onze nieuwsbrief! Zo blijf je op de hoogte van de laatste ontwikkelingen, onderzoeken en bevindingen en meer op het gebied van leren en ontwikkelen.

Publicatie datum interview:  1 juni 2021.

ROI Institute Europe gaat vanaf 1 maart 2023 verder onder de naam Navigator. Bezoek de website voor meer informatie over de dienstverlening van Navigator: www.nvgtr.eu

helpend en niet helpend gedrag

Bij leiderschapsontwikkeling maken wij onderscheid tussen helpend gedrag en niet-helpend gedrag. Helpend gedrag is het gedrag wat we graag bij het leiderschap in de organisatie zien. Niet-helpend gedrag is gedrag wat, ondanks dat het vaak met de beste intenties wordt getoond, niet helpt maar waar men zich meestal niet bewust van is. Omdat niet-helpend gedrag de effectiviteit van het leiderschap negatief beïnvloedt, besteden wij in onze leiderschapsprogramma’s ook aandacht aan het “ontleren” van niet-helpend gedrag en vergroten we zo de effectiviteit van het programma.

Ben jij opzoek naar een website webshop of e-learning?

Website

Korte intro over het pakket, Vervolgens de inhoud er onder.

Webshop

Korte intro over het pakket, Vervolgens de inhoud er onder.

E-learning

Korte intro over het pakket, Vervolgens de inhoud er onder.